dinsdag 30 december 2008

Proefschriften over J.H. van Heek en G. Horreüs de Haas

In oktober promoveerde Wim Coster op Baron B.W.A.E Sloet tot Oldhuis (zie eerdere blogpost). Vorige maand promoveerden Wim H. Nijhof op Jan Herman van Heek en A. de Vos op Gerardus Horreüs de Haas. Drie biografieën van belangrijke Overijsselaren op rij.
Sloet stond ‘aan de hefboom tot welvaart’, zoals de mooie ondertitel van het proefschrift luidt. Hij leefde van 1807 tot 1884 en maakte de aanzet tot een nieuwe wereld na 1850 mee: industrialisatie, communicatiemiddelen, technische vindingen etc.
Van Heek (1873-1957) en de Haas (1879-1943), tijdgenoten dus, leefden ruim twee generaties later. Of ze elkaar gekend hebben? Zeker van naam, want beiden waren bekend en invloedrijk, maar ze verkeerden in totaal verschillende kringen en de verschillen waren groot qua levenswijze en opvattingen.
Horreüs de Haas, geboren in Friesland en vanaf 1919 Zwollenaar, wordt in het BWSA omschreven als een socialistisch vrijzinnig Hervormd predikant. Van Heek, geboren te Enschede wordt in het BWN omschreven als textielfabrikant, kunst- natuurbeschermer.


Foto: Van Heek op zijn kasteel, Huis Bergh in de Achterhoek

Van Heek was één der belangrijkste textielfabrikanten in de eerste helft van de 20e eeuw, kon goed tekenen, was een fanatiek kunstverzamelaar, beschermde landgoederen, zette zich in voor de restauratie van monumenten en stichtte het Rijksmuseum Twenthe. Hij was zeer invloedrijk, maar was volgens een vriend ‘onbescheiden van bescheidenheid’. Hij was conservatief-liberaal, maar hij was wel sociaalvoelend, vandaar dat in zijn fabriek vele zaken goed geregeld waren en hij niet kon tegen de ingebouwde onrechtvaardigheid van het Twentse Stelsel (fabrikanten trokken één lijn bij stakingen). Behalve over het leven van J.H. van Heek gaat 'Kunst, katoen en kastelen' ook over de sociale strijd in Enschede.



Horreüs de Haas werd in de traditie van zijn familie Hervormd predikant, maar had tijdens zijn studie al twijfels over de inhoud van het geloof en de plaats en taak van kerk en christendom in de wereld. Hij werd socialist, geheelonthouder en vegetariër. Hij was een zeer goed spreker en woordvoerder bij veel gelegenheden. Hij leefde sober en vond dat zijn SDAP, waarvan hij jarenlang voorzitter was in Zwolle, zich niet moest beperken tot het streven naar meer welvaart, maar vooral aandacht moest hebben voor de zedelijke volksverheffing door middel van aanbieden van kennis en aandacht voor cultuur. Daarom werd hij ook voorzitter van de Volksuniversiteit. Als ethisch socialist geloofde hij in het kunnen scheppen van een betere mens. Bij zijn begrafenis waren 2000 mensen aanwezig.

Wat Van Heek en Horreus de Haas gemeen hadden was hun liefde voor natuur en cultuur.

Wie het op kan brengen de drie genoemde biografieën te lezen (totaal zo’n 1500 pagina’s) krijgt een zeer goed en gevarieerd beeld van een eeuw (1850-1950) Nederlandse/Overijsselse geschiedenis.

Geen opmerkingen: